Mark Menting, managing director Smart Robotics
“Wij willen de Randstad van uitzendrobots worden”
Mark Menting, managing director Smart Robotics
Zeist,
09
januari
2018
|
16:49
Europe/Amsterdam

“Wij willen de Randstad van uitzendrobots worden”

“Wij zijn ons bedrijf gestart op 1 mei, de dag van de arbeid. Misschien is dat symbolisch. We leveren onze klanten nieuwe technologie die het mogelijk maakt om mensen en robots succesvol te laten samenwerken. De machines doen de simpele taken, de mensen de meer complexe werkzaamheden. Inmiddels hebben we dertig systemen bij klanten aan het werk.”

Mark Menting is inmiddels ruim twee jaar met zijn bedrijf onderweg. En het enthousiasme blijft groeien, bij hemzelf en bij de buitenwereld. “De media-aandacht die we hebben gekregen is overweldigend”, vertelt hij. “We hebben onszelf bewust vanaf het begin gepositioneerd als het uitzendbureau voor robots. En zo functioneren we ook echt. Het uitgangspunt is alsof je een mens uitzendt: wij leveren capaciteit om specifieke taken uit te voeren binnen een productieproces, plug en play. Dus eenvoudig in bestaande processen te integreren, zonder dat onze klanten grote, aanvullende investeringen moeten doen in apparatuur. Wij leveren een robotarm en alles eromheen, inclusief software en de 3D-geprinte grijper die we zelf voor de robotarm hebben ontwikkeld. Dat hele systeem integreren we in de productieomgeving van onze klanten en we helpen de mensen die er werken om de capaciteiten van de robot maximaal te benutten.”

Dat laatste is volgens Menting van cruciaal belang. “Natuurlijk moet de technologie vlekkeloos functioneren, maar de acceptatie ervan is minstens zo belangrijk. We waren in het begin ook wel bang voor weerstand. Zouden mensen niet meteen de link leggen met het verdwijnen van werk en misschien zelfs wel van hun baan? In de praktijk valt dat gelukkig erg mee. Medewerkers zien heel snel dat de robot hen het zware repeterende werk uit handen neemt, zodat ze zelf op een andere manier waarde kunnen toevoegen. In kwaliteitscontrole bijvoorbeeld, of zelfs in heel nieuwe werkzaamheden waarvoor nu de ruimte ontstaat. Toch blijven wij heel nadrukkelijk werken aan het bevorderen van de samenwerking tussen mens en robot. Daarom zijn we naast de primaire uitzendtaken ook gestart met de Robotacademie. Onder die noemer geven we driedaagse trainingen aan mensen die werken in productieomgevingen. Gericht op de praktijk via blended learning. We laten mensen spelen met de robot, wennen aan de gedragingen van de machine. Heel praktisch, maar ook gericht op veiligheid. Dat doen we nu op kleine schaal bij bestaande klanten en we willen toe naar een situatie waarin we dertigduizend mensen per jaar trainen. We gaan van de academie een apart label maken en de focus ervan verder verbreden, zodat het niet alleen gaat om het samenwerken met onze eigen robots, maar over de impact van technologie op het werk in algemene zin. We willen dat de academie ook een platform biedt voor beleidsmakers en beslissers, die op basis van de data die we verzamelen over de interacties van mensen met robots, hun processen kunnen optimaliseren. Zo willen we helpen om de integratie van robots en andere technologie op de werkvloer te verbeteren.”

Op de Robotacademie is er dus expliciet aandacht voor het aspect veiligheid. Dat is natuurlijk altijd een belangrijk onderwerp, maar in hoeverre behoeft het specifiek in relatie tot robots aandacht? Menting: “Onze robots functioneren zonder hekwerk. Ze zijn integraal onderdeel van de werkvloer. Dat kan ook, gelet op de beperkte draaicirkel en alle sensoren die ervoor zorgen dat er geen ongelukken gebeuren. Veel bedrijven hebben de neiging het systeem toch met een hekwerk of op een andere manier af te schermen, omdat dat past binnen de veiligheidsregels die ze kennen. Terwijl het volgens de geldende normen en certificeringen helemaal niet hoeft. Ik vergelijk het vaak met de introductie van de eerste auto. Die mocht ook alleen de weg op als ie niet harder reed dan 5 kilometer per uur en er iemand voor liep met een rode vlag. Het gaat even tijd vergen voordat we het kennisniveau op peil hebben en we met z’n allen gewend zijn aan de aanwezigheid van robots op de werkvloer. Daarbij hebben we overigens ook te maken met verschillen tussen generaties. Jongeren van nu worden heel anders geconfronteerd met de impact van technologie op hun leven en dus ook op werk. Dat gaat razendsnel en dat helpt een kennisland als Nederland om een voorsprong te nemen ten opzichte van andere landen. Tegelijkertijd moeten we oppassen dat er niet een tussengeneratie ontstaat die de technologische vernieuwing onvoldoende adapteert. Veertigers die bijvoorbeeld sceptisch zijn geworden na eerdere mislukte automatiseringen. Ook hen zullen we moeten meenemen. En dat lukt ook. Pas nog hadden we hier een groep medewerkers van een klant te gast voor een training. Jonge mensen en enkele dames van middelbare leeftijd. Dan zie je dat de ‘ouderen’ een langere aanvliegroute hebben, maar uiteindelijk wel meegaan. En als ze eenmaal gewend zijn aan het idee, voelen ze zichzelf ineens heel hip. Wat daarbij heel erg helpt, is dat we de robots plaatsen in de vertrouwde omgeving van mensen en we hen actief helpen om er de vruchten van te plukken. Dan is het systeem ineens minder eng, minder afstandelijk, maar gewoon een handig hulpmiddel. Bovendien zien we dat veel van onze klanten robots willen inzetten om groei te faciliteren en dus niet om banen op te heffen. Dat voelen hun medewerkers ook. Wel is het van belang dat die mensen de lenigheid hebben om mee te ontwikkelen. Waar iemand eerst doosjes stonden in te pakken in een lijn, gaat hij of zij nu misschien vier lijnen bewaken waar robots in werken. Je moet als medewerker dan niet zeggen: ik wil per se die doosjes blijven stapelen. Als je het vermogen hebt mee te bewegen, zijn er volop kansen.”

Kansen liggen er volgens Menting ook voor de sector arbeidsbemiddeling, maar dan zal de focus wel deels verlegd moeten worden. “Technologie gaat zeker impact hebben op de manier waarop de uitzendsector functioneert”, stelt hij. “Algoritmes die databases afspeuren, zullen belangrijker worden in het maken van de juiste matches. Maar toch: volgens mij ligt de focus in de sector nu te veel op dat soort ontwikkelingen, terwijl de echte veranderingen van buiten komen. Technologie gaat de wereld van de eindklanten op z’n kop zetten. En daarmee het hele afzetlandschap van de uitzendsector. Kijk naar de bankensector, die is grotendeels aan het verdwijnen. Ik ga nooit meer naar een bankfiliaal, waarom zou ik? En dat heeft impact op alle omliggende bedrijven, opleidingen, mensen. En dus ook op de uitzendbranche. Je kunt als sector wel optimaliseren op je basisprocessen, maar wat heb je daaraan als de hele wereld om je heen verandert? Ik denk dat de sector fundamenteel zal moeten kijken naar z’n toegevoegde waarde. Bijvoorbeeld naar kansen die er liggen om klanten te helpen om hun transformatie daadwerkelijk gestalte te geven. Met de werving en selectie van de juiste mensen, maar ook het begeleiden van die mensen in hun ontwikkeling over een langere periode. En met het overnemen van complete processen bij klanten, de mensen, de productie, de resultaten. Echt integraal onderdeel worden van de business. Zoals wij dat met onze robots in feite ook doen. Ik geloof echt dat daar de ruimte zit. Wij hebben er op ons domein in elk geval grote ambities mee. Wat mij betreft worden wij de Randstad van uitzendrobots, een pionier die uitgroeit tot autoriteit.”

Boilerplate

Over Mark Menting, Managing director Smart Robotics:

Mark Menting heeft meer dan tien jaar ervaring in commerciële managementfuncties in de regio Eindhoven. Hij heeft een achtergrond bij uitzender USG People waar hij ruime ervaring heeft opgedaan in het opzetten, uitbouwen en leiden van teams. Binnen Alten Nederland was Mark verantwoordelijk voor het opzetten van de nieuwe businessunit Alten Mechatronics. In 2015 startte hij samen met Heico Sandee Smart Robotics, een uitzendbureau voor robots.

Reacties (0)
Bedankt voor uw bericht.