Zeist,
12
december
2017
|
09:00
Europe/Amsterdam

Liesbeth van Tongeren, oud-directeur van Greenpeace is sinds 2010 Tweede Kamerlid voor GroenLinks

Liesbeth van Tongeren heeft een no-nonsense mentaliteit. De oud-directeur van Greenpeace is sinds 2010 Tweede Kamerlid voor GroenLinks: “We hebben niks aan tienduizend klimaatheiligen, ik wil een systeemverandering.”

U wilt de economie duurzamer en groener maken. Ondertussen is Nederland het land met de hoogste C02-uitstoot van Europa. Denkt u weleens: ‘ik trek aan een dood paard?’

“Nee hoor. Ik ben van duizend bloemen laten bloeien. Iedereen mag zijn of haar standpunten verkondigen. Het is belangrijk dat wij onze onderwerpen op de agenda krijgen, beleid kunnen maken en veranderen.”

Maar…

“Het onderwerp milieu, de klimaatverandering, is moeilijk. We zullen het dichter bij de mensen moeten brengen. Delen van de bevolking hebben nu nog zoiets van: laat maar, het zal mijn tijd wel duren.”

Dus?

“Let ik telkens op; wie op welk moment mijn publiek is. Spreek ik met een VVD’er, dan zal ik het moeten hebben over de mogelijkheden om in groen te investeren. Ontmoet ik een modemeisje, dan is kleding zonder schade voor het milieu, een goed gespreksonderwerp. Tegen beleidsmakers sla je weer een andere toon aan. We zullen het onderwerp voortdurend op maat moeten brengen.”

Ondertussen zit u in de oppositie en voert het kabinet Rutte een beleid dat bij lange na niet doet wat u wilt.

“We volgen het regeringsbeleid kritisch, maar ik denk dat we van geluk mogen spreken, dat we onderdeel zijn van de Europese Unie. Nederland heeft het akkoord van Parijs ondertekend hierdoor is ons land gedwongen om mee te gaan met EU maatregelen.”

Dat klinkt tamelijk ernstig. Is het in ons land echt zo slecht gesteld?

“Nederland is het meest fossiele land van Europa met de hoogste CO2-uitstoot per hoofd van de bevolking. We hebben met Rotterdam de grootste Europese overslaghaven voor steenkool en olie, we boren naar gas en hebben recent drie kolencentrales geopend.”

Wat wilt u per direct veranderen?

“Grootverbruikers van energie betalen een veel te lage prijs, die moet omhoog. Daarnaast moeten we veel sneller naar een verandering in duurzame vormen van transport en een energie-neutrale bebouwde omgeving.”

De autobezitter stelt ondertussen de aanschaf van een elektrisch aangedreven auto uit en lijkt nog vooral geïnteresseerd in modellen met een minder groen energielabel.

“Dat hebben we te danken aan de belastingregels van minister Wiebes. Hij heeft allerlei stimuleringsmaatregelen teruggedraaid die de verkoop van energiezuinige auto’s aantrekkelijker moest maken. Het Nederlandse beleid zou juist fiscale voorwaarden moeten creëren om veel groener te kunnen opereren. Nu is een treinticket naar Parijs tien keer duurder dan vliegen. Willen we de individuele burger bereiken, dan zullen we het gebruik van zuinige producten moeten belonen.”

Hebt u het idee dat de consument überhaupt wil veranderen om het klimaat te helpen?

“Ik ben daar positief over. Ik was laatst in de Media Markt. Daar hoorde ik een stel een wasdroger kopen. De verkoper vertelde dat het ene apparaat iets goedkoper was dan de ander, maar veel meer energie verbruikte, waardoor je uiteindelijk toch veel duurder uit zou zijn. Vijf jaar geleden hoorde je dat niet zo snel. Niemand is toch bewust bezig om de planeet stuk te maken?”

Toch, zegt u, zou de overheid veel meer de lead moeten nemen?

“Zeker. Als je wilt dat mensen elektrisch of hybride gaan autorijden dan moet je ervoor zorgen dat dit financieel gezien aantrekkelijk wordt gemaakt. Ook de infrastructuur moet verbeterd, met veel meer laadpunten in de bebouwde omgeving.”

Zou de waterstof-auto ook een optie zijn?

“Waterstof wordt nu gemaakt uit aardgas. Dat is geen goede zaak. Wellicht zou het werken in de scheepvaart, het vrachttransport en de zware industrie, zoals Tata Steel en bedrijven in de Botlek – maar voor auto’s is het te laat. Dan moeten we twee sets infrastructuur bouwen. Laten we ons concentreren op een veel snellere transitie naar hybride auto’s en 100 procent elektrisch.”

U bent nu veertien jaar intensief bezig met vraagstukken omtrent klimaatverandering, wat vindt u een opmerkelijke ontwikkeling?

“Dat we in Nederland van alles wat doen, maar veel te weinig. Neem het aantal ‘nul op de meter-huizen’ (energieneutraal). Op een bestand van 7 miljoen woningen, zijn dat er slechts 10.000. Ook zijn er veel te weinig kantoren die energiezuinig of neutraal zijn. Terwijl we aan de andere kant fantastische innovaties uitvinden, maar deze niet krijgen opgeschaald.”

Noemt u eens een paar van die innovaties.

“Het spinakerzeil in de scheepvaart. Dat scheelt zomaar 10 procent brandstof, komt niet verder. De energiebesparende ‘sidewings’ van studenten van de Technische Universiteit in Delft. Ook geen ‘uptake.’ We hebben te veel zoiets van: ‘Oké het is er, mooi nou moet de markt het maar oppakken.”

Vindt u dat de overheid hier een taak laat liggen?

“Absoluut. Kijk alleen eens naar wat we in Eindhoven hebben staan aan innovatiekracht op het gebied van elektrisch vervoer: de Tesla assemblage, de Techniche Universiteit VDL, Daf Trucks… Waarom maken we daar met Economische zaken geen plan voor? Het topsectorenbeleid in Nederland steunt veel te veel wat we al hebben. Als je het alleen aan de markt overlaat, gaat het niet werken. Hier heeft de overheid de taak om in te grijpen.”

Welk concreet voorstel hebt u klaarliggen voor het kabinet?

“We hebben een initiatiefwet om nieuwbouwhuizen voortaan niet meer op gas aan te sluiten. Over 10 jaar moet de Cv-ketel er toch uit, waarom zou je daar nu al niet naar handelen?”

Bent u niet bang dat wat u wilt heel ver af staat van Leonie die met haar man een nieuwbouwhuis koopt in Tilburg en het gezelliger vindt om op gas te koken?

“We moeten het mensen vooral makkelijker maken om een groener leven te leiden.

Daarom moet de overheid dit soort zaken standaardiseren en energiezuinige alternatieven aantrekkelijk te maken.”

Als u de politiek verlaat, hoe wilt u dan terugkijken?

“Dat ik erin geslaagd ben om mensen zonder grote interesse in het milieu een zet de goede richting in te hebben gegeven, zodanig dat het land een klimaatbestendige economie heeft ontwikkeld. Alle huizen die worden gebouwd zijn energiezuinige woningen. We blijven nog steeds groot in onze agri & food export, maar wel met meer oog voor de ecologie en het dierenwelzijn.”

Reacties (0)
Bedankt voor uw bericht.