Frank Willem Hogervorst
“Ik hoop dat mijn boek helpt Niet Aangeboren Hersenletsel beter te begrijpen”
Frank Willem Hogervorst
Zeist,
11
juli
2018
|
12:34
Europe/Amsterdam

"Ik hoop dat mijn boek helpt Niet Aangeboren Hersenletsel beter te begrijpen"

Zaterdagmorgen 1 november 2014: Frank Willem Hogervorst maakt een ritje met zijn nieuwe motor. Hij wordt aangereden door een auto: in één klap verandert zijn leven. Hij moet leren omgaan met Niet Aangeboren Hersenletsel (NAH), en schrijft daar een boek over. Jan van Achmea Personenschade krijgt een plekje.

‘Ik lig. Op iets. Boven me: mensen. Ik was toch al wakker? Wat? Ik ga omhoog. Ik word geschoven. Een vriendelijke vrouw met een gele jas. We praten. Het is een ambulance.’

Frank Willem: “Voor de winterstop wilde ik nog een ritje maken met m’n nieuwe motor. Die ochtend bleek een uitstekende gelegenheid. Ik was uitgenodigd voor het D66-congres over langdurige zorg en transities. Kennelijk besloot iemand dat hier nog wat praktijkervaring voor nodig was...”

Een klap, en toen niks
“Ik wilde stoppen in de buurt van een kruispunt om mijn kleding goed te doen. Een vrouw keek niet in haar spiegel en sloeg linksaf. Ik riep nog wat. Een klap, en toen niks. Het eerste wat ik mij herinner is de ambulance. De dokters constateerden kneuzingen aan mijn lijf, een kleine bloeding in mijn kleine hersenen en een hersenkneuzing. Bij veel mensen herstelt dit weer. Ik ging ervan uit dat dit bij mij ook wel het geval zou zijn.”

“Maar mijn omgeving zag dat ik veranderd was. En eenmaal thuis merkte ook ikzelf dat er meer aan de hand was. Ik was ongelooflijk moe, sliep 16 uur per dag. Na zes weken bezocht ik een neuroloog, die mij doorverwees naar de revalidatiearts. Zij was eigenlijk de eerste die begon over hersenletsel. Dat was enorm schrikken voor mij en mijn vrouw. Ik werd doorverwezen naar het revalidatiecentrum.”

Twintig keer per dag in de keuken
‘Mijn baan als consultant ging niet meer, mijn werk voor de gemeenteraad probeerde ik nog op te pakken, want ik wilde zo graag. Maar het lukte voor geen centimeter meer. Ik verzond e-mails met rare zinnen, en in de raadvergadering kon ik compleet uit m’n slof schieten om niets. Ook gitaar spelen, zingen ging niet. Ik vergat alles, was doodop.”

“Na anderhalf jaar leven met NAH begon ik een steeds grotere hekel te krijgen aan alles uitleggen. Mensen begrijpen het niet goed. Dat is niet raar: er valt niet veel aan mij te zien. Tuurlijk, ik snap ook wel dat ik niet de enige ben die wel eens boos, moe is of wel eens wat vergeet. Maar sta jij ‘twintig keer per dag in de keuken’ zonder te weten wat je daar ook alweer ging doen? En moet jij elke middag twee uur slapen omdat je anders de dag niet doorkomt?”

 

 

 

 

 

 

 


 


 

Hoor en wederhoor
“Ik besloot mijn verhaal op te schrijven, en vroeg mensen die een rol van betekenis hebben gespeeld wat bij te dragen. Ook Jan van Achmea schreef een stuk. Het lag misschien niet voor de hand om hem te vragen. Jan was immers van de tegenpartij. Maar ik ben een groot voorstander van hoor en wederhoor. Bovendien heeft het afronden van de schadezaak mij enorm geholpen. En daar heeft Jan een grote rol gespeeld.”

“Jan nam de zaak over van een collega. Er ontstond vertrouwen, hij nam mij serieus en was oprecht geïnteresseerd. Een menselijke, maar zakelijke benadering: essentieel voor het proces. Hij kwam bij mij langs en heeft mij met zijn eigen ogen in een twee uur durend gesprek zien afbrokkelen. Hij gaf daarnaast heel duidelijk aan wat de opties waren. Een lang proces van keuringen en onderzoek, of een schikking. Ik wilde verder met mijn leven en koos voor het laatste. Volgens mij wordt iedereen veel gelukkiger van zo’n aanpak. Jan heeft dus een enorme impact gehad op mijn leven.”

Het boek is af
“Ik ben blij met het resultaat. En ik hoop dat het helpt NAH beter te begrijpen, zodat er beter mee omgegaan kan worden. Op 18 juni was de officiële lancering in het gebouw van de Tweede Kamer. Vera Bergkamp van D66 (portefeuille Zorg) nam het eerste exemplaar in ontvangst. Dat maakt de cirkel mooi rond, want toen ik mijn ongeluk kreeg was ik op weg om haar te ondersteunen bij een sessie over langdurige zorg op een congres.”

“Drieënhalf jaar verder ben ik niet ontevreden. Ik heb mijn leven redelijk onder controle. Maar het wordt natuurlijk nooit meer zoals het was. Daar word ik iedere dag opnieuw mee geconfronteerd. En dat accepteren. Dat is toch wel het aller-moeilijkste.”

Benieuwd naar het boek NAH GENOEG NIETS TE ZIEN?
Schaf het dan aan via zijn website www.nahgenoeg.nl. Daar kun je ook een inkijkexemplaar van 10 pagina’s lezen.

Foto: Babet Hogervorst Fotografie

 

Reacties (0)
Bedankt voor uw bericht.