Zeist,
04
september
2014
|
08:00
Europe/Amsterdam

Achmea-bestuurslid treedt tijdelijk terug vanwege onderzoek OM bij Health Centers

Achmea maakt bekend dat Jeroen van Breda Vriesman, lid van de Raad van Bestuur, tijdelijk zijn functie neerlegt. De reden is dat het Openbaar Ministerie een onderzoek is gestart bij de Health Centers van Achmea. Het onderzoek richt zich op een mogelijk onjuiste fiscale behandeling van huurovereenkomsten van de Health Centers uit 2007.

Begin 2014 heeft Achmea hierover zelf contact opgenomen met de Belastingdienst. Vervolgens is het Openbaar Ministerie op 19 augustus jl. een onderzoek gestart naar de mogelijk onjuiste fiscale behandeling van deze huurovereenkomsten, de destijds verantwoordelijke functionarissen en de betrokken vennootschappen. Het betreft Jeroen van Breda Vriesman (destijds directievoorzitter van de divisie Zorg) en Leon de Jong (destijds directeur Klant Contact Centers & Dienstenbedrijven en in die rol verantwoordelijk voor de Health Centers), en Achmea Health Centers BV en Achmea BV.

Jeroen van Breda Vriesman: “Samen met de Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen, heb ik weloverwogen besloten mijn functie tijdelijk neer te leggen. Ik vind dat een bestuurder op elk moment boven elke twijfel verheven moet zijn. Gezien het feit dat ik in 2007 eindverantwoordelijk was voor de bewuste divisie, is dit nu de enig juiste keuze.”

Willem van Duin, voorzitter Raad van Bestuur: “Wij begrijpen en respecteren het besluit van Jeroen. Hij staat bekend als een integer bestuurder die binnen en buiten het bedrijf een goede reputatie geniet. Gezien het onderzoek is dit de enig juiste én zuivere manier van handelen. Ook Leon de Jong, nu groepsdirecteur Centrale Dienstverlening, heeft om dezelfde reden zijn functie tijdelijk neergelegd. De Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen hebben op dit moment geen reden om aan de integriteit van beide functionarissen te twijfelen.”

Vanzelfsprekend verleent Achmea alle medewerking aan het onderzoek. Lopende het onderzoek van het Openbaar Ministerie kunnen geen verdere, inhoudelijke mededelingen worden gedaan.